De compoundboog is een type boog die gebruikmaakt van een systeem van katrollen om de
spanning op de pees te verminderen en de schutter meer controle te geven over het schot. De
compoundboog werd uitgevonden in de jaren 1960 door de Amerikaanse ingenieur Holless
Wilbur Allen, die op zoek was naar een manier om de snelheid en nauwkeurigheid van de
traditionele bogen te verbeteren. Hij kreeg in 1969 een patent op zijn ontwerp, dat al snel
populair werd bij jagers en sporters. De compoundboog heeft verschillende voordelen ten
opzichte van andere bogen, zoals een hogere energie-efficiëntie, een lager gewicht, een betere
stabiliteit en een minder gevoeligheid voor weersomstandigheden. De compoundboog heeft
echter ook enkele nadelen, zoals een hogere complexiteit, een hogere prijs, een grotere
onderhoudsbehoefte en een minder authentieke schietervaring. De compoundboog heeft de
geschiedenis van het boogschieten veranderd door nieuwe mogelijkheden te bieden voor
recreatie, competitie en jacht.